De strategische of algemene doelstellingen volgen uit de beleidskeuzes. Ze zijn een concretere vertaling van die keuzes en antwoorden op de vraag: “Wat zal de organisatie aan het einde van de komende beleidsperiode bereikt hebben?” De doelstellingen worden daarom het best retrospectief geformuleerd, alsof de organisatie al aan het einde van de beleidsperiode staat en terugkijkt op haar verwezenlijkingen.
Een strategische of algemene doelstelling voldoet aan de volgende criteria:
- De doelstelling hangt nauw samen met de missie en de visie.
- Ze heeft een aantoonbare link met de conclusies uit de gegevensanalyse (SWOART, SWOT, enz.) en de beleidskeuzes.
- De doelstelling verwezenlijken, vereist interventies op meerdere niveaus en/of onderdelen van de organisatie.
- De realisatie neemt meerdere jaren (± de beleidsperiode) in beslag.
Het formuleren van algemene of strategische doelstellingen is een kerntaak van het planningsteam. De ervaring leert dat dit het vlotst werkt wanneer iemand uit het planningsteam een voorbereiding maakt voor de verwoording van deze doelstellingen.
Gezien de duur van een beleidsperiode (vijf jaar) is het moeilijk en weinig zinvol strategische of algemene doelstellingen SMART (Specifiek, Meet- of toetsbaar, Attractief en aanvaard, Realistisch, Tijdsgebonden) te formuleren. Er zijn te veel onvoorspelbare factoren die in die periode kunnen veranderen om de uitkomst van de interventies zo precies te formuleren. Toch kan dit principe helpen bij het overwegen van de geschikte verwoording.
Je vertaalt een beleidskeuze in een algemene doelstelling door ze te omschrijven als de gewenste resultaten (= output, outcome) van de activiteiten en initiatieven die in die beleidsperiode op touw worden gezet. Hou rekening met de scope voor impactgedreven werken die je eerder hebt gemaakt. Gebruik die scope bij het operationaliseren van de strategische doelen.
Hoe en hoeveel strategische doelstellingen?
- Strategische doelstellingen leggen de focus op het DOEL, niet op de MIDDELEN.
- Ze vertellen op een algemeen niveau hoe je naar de realisatie van de missie in de volgende beleidsperiode zal toewerken.
- Ze zijn retrospectief geformuleerd vanuit de toekomst, alsof de doelstellingen al gerealiseerd zijn.
- Maak gebruik van indicatoren: SMART of START (Meetbaar of Toetsbaar). We spreken van “START SMART”.
- Zij zijn de basis van het beleid en dienen als referentiekader voor het dagelijkse werk.
- Ze vormen de toetssteen bij de voortgangsrapportage.
- Hou er rekening mee dat dit alles binnen de decretale kijk op organisaties moet gebeuren (functies, rollen, vrije tijd, …).
Het planningsteam legt de strategische doelstellingen vast en stelt ze voor aan de raad van bestuur. Ook prioritaire stakeholders kan je je voorstellen laten bekijken. Inspraak van stafleden en andere stakeholders kan de gedragenheid van het beleidsplan alleen maar verhogen. Op basis van hun input kunnen doelstellingen eventueel nog bijgesteld worden. Het is aan te bevelen de doelstellingen in deze fase toe te lichten vanuit de beleidskeuzes en het proces dat daartoe aanleiding heeft gegeven.
Wat is het optimale aantal strategische doelen? Wat kan de organisatie aan? Hoeveel operationele doelen zullen de strategische doelen genereren? De ervaring leert dat – afhankelijk van grootte en slagkracht van je organisatie – het optimale aantal strategische doelen tussen drie en tien ligt.
Voorbeeld: zie onder 5.3