Om je beleidsplan uit te voeren heb je mensen en middelen nodig. Eens je doelstellingen en acties bepaald hebt, is het een kwestie van deze uitvoerbaar te maken door er personeelstijd en werkingsmiddelen aan te verbinden. De berekening en verdeling van deze middelen neem je ook in je beleidsnota op. Enerzijds omdat je nota hierop beoordeeld zal worden, maar anderzijds omdat het je toelaat gedurende een gehele beleidsperiode plantmatig je werkprocessen op te volgen.
De verdeling van mensen en middelen hangt nauw samen met het doelstellingenkader dat je opstelt. In de praktijk zullen fase 5 (doelstellingenkader) en fase 6 (mensen & middelen) elkaar vaak afwisselen. Terwijl je bezig bent met je doelstellingenkader verder uit te schrijven doe je er goed aan ook meteen rekening te houden met de middelen die je eraan zal koppelen en stel je jezelf volgende vragen:
- Is het plan uitvoerbaar?
- Heeft de organisatie voldoende en de juiste medewerkers om de doelstellingen te bereiken?
- Heeft ze voldoende financiële middelen?
- Zijn voldoende ondersteunende processen binnen de organisatie?
Ook ondersteunende of voorwaarde scheppende processen moeten gepland worden om alle doelstellingen te kunnen realiseren. Denk bijvoorbeeld aan de infrastructuur (gebouw, logistiek, IT), communicatie, begrotingen enzovoort. Hoe wezenlijk ze voor het reilen en zeilen van een organisatie ook zijn, het blijven middelen om de missie en de strategische doelen te halen.
In dit deel van de blog geven we enkele insteken die je toelaten om een financiële planning op te zetten.
De basis hiervoor haalden we uit de vormingsdag van 12 april 2017 door Dylan Peere en Christophe Vanhee (UGent) en het webinar van Strategies and Leaders op donderdag 23 april 2020.